Artikel 38 vragen aan college inzake Oranjenacht 2016
Namens de fractie heb ik gisteravond artikel 38 vragen ingediend bij het college van B&W inzake Oranjenacht 2016. Afgelopen week werd bekend gemaakt dat er dit jaar een entreeprijs gerekend gaat worden. Als fractie waren we hier verbaasd over omdat we vinden dat Oranjenacht voor iedereen toegankelijk moet zijn. We denken dat hierdoor veel mensen niet kunnen en/of zullen komen.
Uiteraard snap ik dat de organisatoren niet meer geld uit kunnen geven dan zij hebben en dat we waardering uit moeten spreken dat het feest al die jaren op de Markt gehouden kon worden. Wel ben ik benieuwd naar de rol van de gemeente en het college in deze beslissing en naar de praktische invulling van de Markt op die avond.
Dit zijn de ingediende vragen:
- Welke activiteiten, (financiële) middelen of andere ondersteuning zijn er de afgelopen jaren namens de gemeente ingezet om Oranjenacht mogelijk te maken?
- Is de gemeente of het college betrokken geweest bij de keuze om dit jaar entreegeld te vragen?
- Betreurt het college het dat Oranjenacht 2016 niet meer publiek toegankelijk is voor iedereen en dat bezoekers een kaartje moeten kopen?
- Is het college van mening dat Oranjenacht gratis en voor iedereen bereikbaar moet zijn, net als de aard is van andere festiviteiten rond Koningsdag?
- Verwacht het college dat deze verandering een negatief effect heeft op het aantal bezoekers aan Gouda en in het kader van stadsmarketing, toerisme en inkomsten voor winkeliers en horeca in de binnenstad?
- Heeft het college ideeën om samen met de organisatoren, Oranjenacht 2016 toch een feest te kunnen laten zijn dat toegankelijk is voor iedereen?
- Wat zijn de afspraken rond beschikbaarheidstelling van het historische stadhuis op Oranjenacht 2016?
- Op welke manier gaat de normaal gesproken publiek toegankelijke markt “afgesloten” worden voor mensen zonder kaartje? En hoe zit het met bewoners aan de Markt?